Waar staat Koninklijke Oosterhof Holman op dit moment in de energietransitie, op welk project zijn ze heel trots en waar kunnen zij juist andere ENI leden bij helpen. Je leest er alles over in deze nieuwe editie van de ENI rubriek 'Leden aan het woord'.
Stel jezelf en jullie bedrijf voor.
Wie zijn jullie en voor welk bedrijf werk je?
Ik ben Ömer Türkmen, lead R&D-researcher bij Koninklijke Oosterhof Holman.
Koninklijke Oosterhof Holman is een totaaloplosser, een civiele aannemer in de grond-, weg- en waterbouwsector. Het bedrijf heeft meerdere vestigingen. Het hoofdkantoor staat in Grijpskerk. Daarnaast hebben we een kantoor in Leeuwarden bij het Energie Kenniscentrum. In Amsterdam hebben we een kantoor als uitvalsbasis voor ons grote project ‘het vervangen van de kademuren’. Ook werken we veel voor de Gasunie, één van onze grootste opdrachtgevers. Oftewel: we opereren door het hele land.
Ik begon als junior engineer en werk er inmiddels al tien jaar. Bij een aannemer denk je niet direct aan een R&D-afdeling, want dat is toch meer weggelegd voor adviesbureaus en grote kennisinstellingen. Maar dat is dus wel iets waar wij ons in onderscheiden. Met zeventien collega’s zijn wij in deeltijd betrokken bij de R&D-activiteiten binnen onze organisatie. Wij hebben de R&D-afdeling opgezet, omdat de sector de komende jaren onderhevig zal zijn aan vele veranderingen, zoals de energietransitie, klimaatadaptatie, schaarste in materiaal, enz. Wij moeten daar op voorhand al over te rade gaan en een keuze maken welke strategieën we moeten ontwikkelen om met de veranderingen om te kunnen gaan. Koninklijke Oosterhof Holman bestaat al meer dan een eeuw. Als we daar nog meer eeuwen aan willen toevoegen, moeten we tijdig antwoorden vinden op de complexe vraagstukken.
Sinds wanneer zijn jullie lid van ENI en waarom zijn jullie lid geworden?
Wij zijn nu ongeveer twee jaar lid. Ons lidmaatschap bij ENI is ontstaan vanuit een behoefte om de grote opgave waar de bouwsector met betrekking tot de CO2-reductie voor staat, te bespreken. Het lukt een bedrijf of organisatie nooit alleen om passende oplossingen te vinden, omdat het probleem zo complex en veelomvattend is. Het is een uitdaging waar we met de hele sector voor staan. Daarom is het noodzakelijk om goed samen te werken. ENI is daarin een belangrijke schakel.
Waar staan jullie op dit moment qua emissieloos bouwen? Hoeveel geïnvesteerd t.o.v. conventioneel? Wat is de trend of prognose?
We hebben een aantal batterij-elektrische graafmachines. We hebben zelf een mobiele batterij en een waterstof-brandstofcelaggregaat ontwikkeld. Zo verduurzamen we een steeds groter deel van ons machinepark. Dat doen we via de routekaart die hiervoor is opgesteld. Het grootste deel van de machines is echter nog fossiel. Het inzetten van deze machines brengt meerkosten en risico’s met zich mee en daar is niet altijd de benodigde (financiële) ruimte voor. Wat dat betreft zijn wij voorlopers. Dat is PR-technisch waardevol, maar het brengt ook een risico met zich mee, namelijk dat we nog niet direct resultaat zien van de investeringen.
Wat verwachten jullie van de toekomst? Welke oplossingen zien jullie zitten?
Koninklijke Oosterhof Holman wil zich specialiseren in waterstof-aangedreven, net-autonome stroomaggregaten. Wat ons betreft is het echter niet een of-of-verhaal, maar èn-èn. Wij willen graag onze bevindingen delen met de andere leden van ENI en andersom ook leren van anderen, om op die manier te onderzoeken wat goed werkt.
Hebben jullie een mooi project wat jullie graag verder willen uitlichten?
Ons lopende raamcontract met Gasunie voor het saneren van oude gastransportleidingen, is een voorbeeld van een project waarbij gebruik wordt gemaakt van onder andere batterij-elektrische graafmachines. Aangezien die leidingen overal doorheen lopen, waaronder natura 2000-gebieden, is het erg prettig dat we bij die werkzaamheden juist emissiearm/emissieloos kunnen opereren.
Wat heeft ENI tot nu toe voor jullie kunnen betekenen?
We hebben goed samengewerkt als het gaat om de laadpunten op de bouwplaats. We hebben via ENI leuke discussies gehad met andere bedrijven, zoals Bredenoord. Het uitwisselen van kennis en het delen van waar we tegenaan lopen is allemaal zeer nuttig en waardevol.
Waar lopen jullie nog tegenaan als het om emissieloos bouwen gaat? Hebben jullie nog tips waar we mee aan de slag kunnen gaan de komende tijd?
Omdat we veel voor Gasunie werken en daarmee vaak in vrij afgezonderde streken opereren, hebben we niet altijd laadpunten tot onze beschikking. Daar hebben we een net-autonome laadvoorziening voor ontwikkeld. Verder is emissieloos bouwen nog erg prijzig. Een ander aspect waar we tegenaan lopen is de verandering voor de werknemers: iemand die wellicht al decennia met een brandstofmachine werkt, moet ineens overschakelen op elektrisch.
We lopen dus tegen verschillende problemen aan. Daarom is het goed dat we ENI hebben! We staan er niet alleen voor.
Wat kunnen jullie voor andere ENI-leden betekenen?
Wij gaan binnen twee jaar een routekaart ontwikkelen voor de leden. Met als speerpunt de vraag: waar moet je op letten bij waterstof als aanvullende energiebron voor de bouwplaats? Het is ook onze doelstelling om ons op dat gebied te onderscheiden.
Het is 2026... Waar staan we als Nederland m.b.t. emissieloos bouwen?
Ik hoop dat er tegen die tijd eenduidiger wet- en regelgeving bestaat. Dat wij zeer goed weten wat wij nodig hebben bij het realiseren van emissieloze bouwprojecten. Het lijkt bijna een utopie, maar ik zou het heel mooi vinden als we ons rond 2026 geen zorgen meer hoeven te maken over de energievoorziening op de emissieloze bouwplaats. Realistisch gezien zal het langer duren. Ik heb er wel vertrouwen in dat wanneer de emissieloze machines in grotere getale worden geproduceerd, de kostprijs ervan ook drastisch omlaag zal gaan.